Hoe meten we duurzame vaardigheden?

Onze partner UCLL heeft focusgroepen georganiseerd om feedback te verzamelen van experten op vlak van inclusief onderwijs

Educatie voor jongeren met Downsyndroom

Een opleiding mag niet beperkend zijn, maar moet mensen inspireren om ze in staat te stellen een leerproces te realiseren. Daarom werd in de Belgische regio Vlaanderen, waar onze UCLL-partners werken, het IAC (Individueel Aangepast Curriculum) ontwikkeld dat gericht is op het versterken van het leerpotentieel van leerlingen en inspeelt op hun mogelijkheden en talenten.

Validatiemethode voor de evaluatierichtlijnen.

POm de evaluatierichtlijnen te valideren die de vierde Intellectuele Output van het SUSKIDS Project vormen, werd een focusgroep aan de UCLL georganiseerd met 5 vijf experts uit het onderwijs om de evaluatienormen en -methodes in Vlaanderen te bespreken. In focusgroepen wordt gewerkt volgens een gestructureerd schema, waarin eerst het project wordt gekaderd, gevolgd door een kort overzicht van de ontwikkelde opleiding en vervolgens het hoofddoel aan bod komt: de evaluatiemethoden voor de leerdoelen.

In Vlaanderen werd de focusgroep online georganiseerd omwille van COVID-beperkingen. De aanwezige experts in de online focusgroep waren Izabel Janssens en Sofie van Eynde, beiden betrokken bij een educatief project om ondersteuningsrollen ten aanzien van kinderen met specifieke onderwijsbehoeften te verduidelijken; Els Teijssen, expert en ervaringsdeskundige op het gebied van kwetsbare jongeren en diversiteit in het onderwijs; Dr. Hannah Boonen, expert op het gebied van inclusief onderwijs en leider van de onderzoekslijn “Inclusief Onderwijs”; en tenslotte Dr. Elke Emmers, expert op het gebied van inclusief (hoger) onderwijs en diversiteit, hoofd van het onderzoekscentrum “Inclusive Society”.

Resultaten

De kernboodschap van de expertgroep was om aandacht te besteden aan leerdoelen en evaluatiemethoden op maat van de leerling die voor ons zit. Het belangrijkste is dus om leermogelijkheden aan te passen en te creëren voor een bepaalde leerling. Het is daarom belangrijk de resultaten te beschouwen en te lezen als richtlijnen of adviezen die kunnen worden gebruikt om de leerdoelen te toetsen of inzicht te krijgen in het leerproces van de leerling.

De belangrijkste richtlijn blijft om eventueel kleinere tussendoelen te definiëren. Ook moet aandacht worden besteed aan het verschil tussen proces en product. De leerdoelen in de vorm van proces en product moeten op de een of andere manier heel duidelijk worden gemaakt, zodat de leerling zichzelf kan beoordelen in zijn of haar leerproces. Dit is ook een belangrijk element om over na te denken bij de verdere ontwikkeling van de opleiding binnen het SUSKIDS-project.

De expertgroep vindt het ook heel belangrijk om de cursus niet op zichzelf te laten staan, maar deze te integreren in het hele leerproces op school. Dus dat delen van de cursus geïntegreerd worden in bijvoorbeeld taal-, reken- en andere praktijklessen. Op deze manier krijgt de docent of begeleider meer ruimte om de leerling te activeren op basis van zijn of haar talenten en sterktes.

Conclusies: impact van de opleiding

Daarnaast is het even belangrijk om te kijken naar het effect op de leerlingen als naar het effect op de docenten, om ervoor te zorgen dat innovatiecycli de cursus blijven optimaliseren en aanpassen aan verschillende leerstijlen en leerlingen. Het mag niet vastlopen in een onveranderlijke cursus die altijd op dezelfde manier zal worden gegeven. Het moet doelgericht blijven om een zinvol leerproces te bieden

Als leerkrachten geïnspireerd zijn om aan duurzaamheid te werken en de moed hebben om zo’n leerlijn uit te werken, is het mogelijk dat ze samen zullen werken om het te realiseren. Bovendien is het ook goed voor leraren om te gaan nadenken over duurzaamheid als thema in het onderwijs en zo na te denken over de uitdagingen en kansen die zij in de opleiding moeten aangaan.

Jongeren hebben een natuurlijke reflex om over duurzaamheid na te denken en zich duurzaam te gedragen. Speciale aandacht moet worden besteed aan de overdracht tussen school en de thuissituatie om de kennis, vaardigheden en houding rond duurzaamheid in meerdere situaties terug te zien (macroniveau van leren). Het betrekken van de bredere leeromgeving is hier belangrijk, zodat de resultaten van de opleiding zichtbaar worden in het dagelijks leven van de student.

© 2019 Suskids. Sustainability Skills for Down Syndrome. Funded by the Erasmus+ Programme. Gant Agreement 2018-1-ES01-KA201-050639.

The European Commission support for the producition of this publication does not constitute an endorsement of the contents which reflects the views only for the authors, and the Commission cannot be held responsible for any use which may be made of the information contained therein.